Kralendijk- In tegenstelling tot de verwachtingen die eerder zijn gewekt, lijken lagere ticketprijzen voor vluchten tussen de eilanden nog niet direct in het verschiet te liggen.
In een brief gedateerd op 5 maart 2019 gaf toenmalig minister Cora van Nieuwenhuizen van het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat aan de leden van de Tweede Kamer aan dat er maar liefst 5 onderzoeken waren verricht naar de zogenaamde connectiviteit in het Caribische deel van het Koninkrijk.
Uit één van de onderzoeken, namelijk die van het bureau SEO citeert de minister: “In dat onderzoek wordt aangegeven dat in de periode 2012-2017 zowel het aanbod als de vraag naar luchttransport op alle routes in het Caribisch deel van het Koninkrijk de laatste jaren sterk zijn teruggelopen”, aldus Van Nieuwenhuizen in haar brief.
Toenmalig staatsecretaris Raymond Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties meldde in een brief van 19 augustus 2019 aan de Tweede Kamer te verwachten dat I&W ‘na de zomer’ (van 2019, red.) uitkomsten zou presenteren over hoe de connectiviteit in het Caribische deel van het Koninkrijk zou kunnen worden verbeterd.
Public Service Obligation
Van Nieuwenhuizen gaf in haar brief aan dat uit onderzoek, verricht door het onderzoeksbureau SEO, blijkt dat de routes Sint Maarten-Saba/Sint Eustatius, Sint Maarten- Curaçao en Aruba-Bonaire zich kenmerken als (zeer) dunne routes waarop passagiers vaak afhankelijk zijn van één maatschappij. SEO adviseerde daarom aan de minister om de invoering van een zogenaamde public service obligation (PSO), te introduceren, die die routes subsidieert. Door middel van een PSO subsidieert de overheid bepaalde (binnenlandse) routes die op puur commerciële basis niet levensvatbaar worden geacht.
“Ik zal dit jaar in samenspraak met Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius op basis van het SEO-onderzoek opties gaan verkennen om de mate van connectiviteit tussen Sint Maarten met Saba en Sint Eustatius alsmede tussen Bonaire en Curaçao te verbeteren. In het bijzonder verdienen de tarifering, frequenties en leveringszekerheid bijzondere aandacht. In februari zal met deze actie worden gestart”, aldus de minister in haar brief aan de Kamer.
Advies Expertgroep Connectiviteit
In de brief van minister Nieuwenhuizen verwijst zij ook naar het feit dat de landen in februari 2017 hebben besloten Expertgroep Connectiviteit in te stellen die advies zou uit brengen aan het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat over de connectiviteit en, met name ook, lagere tarieven voor de vluchten tussen de eilanden.
ABC Online media, waarvan koninkrijk.nu deel uitmaakt, sprak inmiddels verschillende keren met de voorzitter van de Expertgroep Connectiviteit, voormalig KLM directeur Peter Hartman. Hartman liet desgevraagd weten dat het advies voor concrete maatregelen ‘inmiddels aan het Ministerie was aangeboden’. Hartman zei te menen dat het advies van de Expertgroep ‘positief was ontvangen’, doch dat de bal nu weer in Den Haag lag voor het nemen van verdere beslissingen als het ging om concrete maatregelen die zouden moeten leiden tot zowel een betere connectiviteit als tot lagere kosten voor het reizen tussen de eilanden.
Ministeries geven ‘niet thuis’
Koninkrijk.nu zocht inmiddels contact met zowel het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksaangelegenheden (BZK), welke een coördinerende rol speelt voor de BES-eilanden, als met het Ministerie van I&W. Een eerste vraag aan de woordvoerder van het ministerie van BZK over de stand van zaken van 10 januari wordt niet inhoudelijk beantwoord. Bij rappel op 15 januari wijst de woordvoerder van BZK uiteindelijk naar zijn collega’s bij I&W. De woordvoerder van I&W heeft op 21 januari eveneens geen antwoord op vragen van Koninkrijk.nu en laat weten dat, zodra er nieuws te melden is, dit zal worden teruggekoppeld. Inmiddels is tot op heden, 1 februari, 2020 is nog steeds geen terugkoppeling van I&W ontvangen.
Al met al lijkt het erop dat betaalbaardere tickets en andere zaken die de connectiviteit tussen de Nederlands Caribische eilanden nog wel even op zich laten wachten. Zo er al voortgang wordt gemaakt met het dossier, zijn betrokken ministeries weinig scheutig met het verstrekken van concrete informatie.
Ook van de zijde van de lokale politiek en het bestuurscollege, lijkt er momenteel weinig tot geen aandacht voor de problematiek van de hoge tarieven.