Den Haag zal niet snel ingrijpen op Curaçao in het kader van de problemen met Venezolaanse vluchtelingen. Dat schrijft minister Raymond Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in antwoord op Kamervragen.
Ingrijpen door het Koninkrijk op grond van het Statuut is een laatste redmiddel. Dit is volgens Knops een staatsrechtelijk gegeven, maar het is ook een zaak van handelingsperspectief. Een ingreep heeft volgens de bewindsman namelijk vergaande bestuurlijke en financiële consequenties, die niet eenvoudig te overzien zijn. Daarbij moet een dergelijk besluit volgens hem rekenen op voldoende draagvlak binnen de Koninkrijksregering.
De parlementsleden van de vaste Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties hadden na hun bezoek aan Curaçao in januari van dit jaar gesteld de detentieomstandigheden van een Venezolaanse vluchtelingen onacceptabel te vinden. De medische, sanitaire en privacy-omstandigheden zijn volgens de politici zodanig beperkt dat de situatie mensonwaardig is voor migranten die er langer dan twee maanden zitten.
Rechtelijke uitspraak
Eerder had Knops al gezegd dat de toezichthoudende rol van de Koninkrijksregering naar zijn opvatting kan worden geactiveerd door (het niet nakomen van) een rechterlijke uitspraak en door signalen van lokale, internationale of niet-gouvernementele organisaties.
Over de omstandigheden in de vreemdelingenbewaring in Curaçao is naar zijn weten tot op heden nog niet door een rechter geoordeeld dat deze onrechtmatig zijn. Wel erkent Knops dat verschillende organisaties hierover hun zorgen hebben uitgesproken.
Knops schrijft dat deze signalen de Nederlandse regering in haar overtuiging sterken dat het van belang is om er in 2020 zoveel mogelijk op toe te zien dat de regering van Curaçao de overgebrachte voornemens ter verbetering van de detentieomstandigheden omzet in daadwerkelijke uitvoering van maatregelen.
Slag om de arm
De bewindsman houdt wel een slag om de arm. Hij schrijft: ‘mochten de inspanningen van Curaçao tot onvoldoende resultaat leiden, dan kan op termijn door de Koninkrijksregering worden bezien in hoeverre een optreden in de bredere context van het Koninkrijk wenselijk is.’
‘Maar voorlopig’, zo schrijft Knops, ‘heeft het de voorkeur het gewenste beschermingsniveau voor Venezolanen te bereiken langs de thans ingeslagen weg van onderlinge samenwerking tussen de Landen.’
https://nos.nl/artikel/2312308-vreemdelingenadvocaten-curacao-zet-venezolanen-collectief-uit.html