Eis van 6,5 jaar voor Theo Heyliger in bouwfraude-zaak

Het Openbaar ministerie heeft in de zaak Larimar tegen Theo Heyliger een gevangenis straf geëist van zes jaar en zes maanden en ook een vordering aangekondigd tot het ontnemen van wederrechtelijk verkregen voordeel. Tegen verdachte B. is een gevangenisstraf gevraagd van twaalf maanden geëist en tegen de twee overige verdachten een werkstraf van 140 uur.

De zaak Larimar gaat over corruptie in Sint Maarten. Over betalingen van steekpenningen rondom een aantal grote bouwprojecten en het witwassen daarvan. Er zijn verschillende personen bij betrokken.

Op maandag requireerde de officier van justitie in de strafzaak tegen (de consultant) M, die behalve verdachte in deze zaak ook kroongetuige is. Tegen hem is een gevangenisstraf van drie jaar geëist.

Projecten

In de tenlastelegging zijn twee éénmalige projecten opgenomen waarvoor steekpenningen zijn betaald: een baggercontract voor de haven en de bouw van de Causeway brug. Daarnaast gaat de zaak om de jarenlange en structurele relatie die bestond tussen het lokale bouwbedrijf Windward Roads en de politiek in Sint Maarten. Er was volgens het Openbaar Ministerie een vast bedrag overeengekomen dat maandelijks moest worden betaald en daarnaast een percentage voor ieder binnengehaald project.

Kroongetuige

Met de verdachte M. is een overeenkomst gesloten dat in ruil voor getuigenverklaringen tegen andere verdachten door het OM een lagere strafeis wordt gesteld. Deze overeenkomst is volgens het Openbaar Ministerie getoetst op drie criteria: ernst van het feit, subsidiariteit en betrouwbaarheid.

Dat het huidige Wetboek van Strafvordering van Sint Maarten hier geen regeling voor kent is volgens het Openbaar Ministerie geen belemmering, dergelijke overeenkomsten zijn in de rechtspraak van de Hoge Raad erkent en toegelaten.

Quotes uit het requisitoir

In het requisitoir is ingegaan op de beeldvorming die bestaat dat de strafvervolging in deze zaak onrechtvaardig hard voor “echte” Sint Maartenaren uitpakken en onbegrijpelijk mild voor “Dutchies”. Dat is niet het beeld dat het OM zelf heeft.

De Nederlandse bouwbedrijven die in deze zaak zijn betrokken ontspringen de dans niet, zegt het Openbaar Ministerie. In Nederland loopt een onderzoek gestart onder leiding van het Functioneel Parket en de FIOD naar Janssen de Jong en daarin spelen de verklaringen van de kroongetuige in deze zaak een belangrijke rol.

Het Nederlandse moederbedrijf Janssen de Jong van het bouwbedrijf Windward Roads in Sint Maarten komen niet weg met een “slap on the wrist”, zoals het Openbaar Ministerie dat noemt, maar met een financiële straf van twee miljoen dollar die in natura wordt betaald door werkzaamheden ten behoeve van Sint Maarten uit te voeren.

De voormalige directeur van het bedrijf is daarnaast één van de vijf verdachten die deze week terecht staan. Hoewel aan de kroongetuige een korting op de eis is gegund, is tegen hem nog steeds een gevangenisstraf gevraagd van drie jaar. De ontneming van het wederrechtelijk verkregen vermogen van de kroongetuige is gematigd, maar daar staat tegenover dat hij afstand moet doen van onroerend goed en van het leven dat hij had opgebouwd.

De Sint Maartense politicus Heyliger is dus niet de enige die een prijs betaald voor de strafbare feiten die over een lange periode zijn gepleegd. Hij kan worden gezien als de drijvende kracht achter een aantal voor Sint Maarten belangrijke ontwikkelingen en bouwprojecten, zoals de verdere ontwikkeling van het cruise-toerisme naar het eiland en de bouw van de Causeway-brug.

Maar, zo zegt het Openbaar Ministerie, dat is en mag geen excuus zijn voor corruptie. En al helemaal niet als die corruptie betekent dat de belastingbetaler miljoenen meer betaalt voor overheidsprojecten zodat Heyliger ook zijn eigen zakken kan vullen. Daarmee is het vertrouwen dat door de Sint Maartense bevolking aan een politiek bestuurder is gegeven geschonden.

Scroll naar boven