Curaçaoënaar Archell Thompson wil het taboe op Nederlandse taalvaardigheid doorbreken

Curaçaoënaar Archell Thompson wil het taboe op Nederlandse taalvaardigheid doorbreken
Vader met corrigerende dochter

Als het op de Nederlandse taal aankomt, voelt de succesvolle ondernemer, schrijver en theatermaker Archell Thompson zich als volwassen man ‘soms best klein’. Dat schrijft hij op LinkedIn.

“Ik zit soms huilend achter mijn laptop om een mail van misschien vier zinnen in goed Nederlands te beantwoorden.
Al mijn posts op social worden eerst door mijn vrouw of mijn dochter van vijftien gecontroleerd voordat ik ze post.
Als een volwassen man voel ik me daardoor soms best wel klein.”

Thompson gaat soms binnensmonds praten zodat anderen niet goed kunnen horen dat hij een fout lidwoord gebruikt in een zin. Het is soms zo erg dat hij in een overleg met onbekende mensen liever niks zegt.

Google

“Als mijn vrouw of mijn dochter er niet zijn, zijn Google en lidwoordapp mijn beste vrienden. Soms doe ik veertig minuten over een mail van een paar zinnen. Als ik ‘die’ gebruikt in plaats van ‘dat’, krijg ik weleens de opmerking: hoe lang woon je nou in Nederland? Je moet het nou wel kunnen weten, zo moeilijk is het ook niet.”

Thompson kwam op zijn 21ste in Nederland wonen, rechtsreeks vanuit Curaçao. “Ik heb alle ezelsbruggetjes geleerd over lidwoorden, heb mijn mbo-4 diploma gehaald en ben nu bezig met een hbo-opleiding. Maar alsnog lukt het me niet om de juiste lidwoorden te gebruiken. Het ligt niet aan mijn intelligentie, ik voel het gewoon niet.”

Volgens de theatermaker begrijpt niet iedereen dat. “Wat ik wil zeggen is: dit gaat verder dan de Nederlandse taal bij mij. Ik heb er een soort van minderwaardigheidscomplex aan over gehouden”.

Tot tien tellen

Thompson is niet op zoek naar medelijden. “Helemaal niet. Ik zie ook dat meerdere mensen dit hebben en die hebben niet iemand in hun naaste omgeving om hen te helpen, waardoor ze dan maar helemaal niks mailen, posten of zeggen. Ik ben blij als iemand me corrigeert maar het gaat wel om de manier waarop. Soms helpt het om even tot tien te tellen voordat je kritiek geeft op iemands taalfouten”, schrijft de theatermaker.

“Er is één plek waar ik me niet bezig hou met mijn taalfouten. En dat is als ik bezig ben met theater en daar ben ik blij om ?”, besluit Thompson.


Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven