Voormalig premier Ys: er moet nog wel wat worden geschaafd aan de Rijkswet

Etienne Ys

Voormalig premier Etienne Ys vindt het initiatief om te komen tot een Caribische Hervormingsentiteit in de huidige situatie als gevolg van Corona zeer welkom. De landen zijn hard getroffen door Covid19 en het behoeft volgens Ys geen betoog dat het zonder externe financiering een onmogelijke klus wordt om op eigen kracht zich binnen afzienbare tijd te herstellen.

Maar dan moet er wel wat geschaafd worden aan het concept van de Rijkswet die de entiteit een juridische basis geeft. De samenwerking die met de concept rijkswet wordt beoogd moet namelijk wel passen binnen de verhoudingen tussen de landen zoals neergelegd in het Statuut en ook rekening houdend met de rechtsstatelijke regels die gelden binnen elk land.

Dat schaven wordt wat Ys betreft een taak van de Staten en de regeringen in de betreffende landen en hij geeft middels zijn brief ‘De Caribische hervormingsentiteit, een constructieve bijdrage, deel 1‘ een voorzet.

Zelfstandig bestuursorgaan

De entiteit wordt opgericht als een zelfstandig bestuursorgaan naar Nederlands recht. Het is Ys niet duidelijk waarom er voor een entiteit is gekozen naar Nederlands recht en niet naar Arubaans, Curaçaos of Sint-Maartens recht.

Een van de nadelen voor de huidige keuze nu is dat dit in de praktijk waarschijnlijk leidt tot verwarring als het gaat om de toepasbaarheid van rechtsregels. Ook betekent dit dat allerlei sturingsinstrumenten binnen het bestuursorgaan uitsluitend aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties toekomen. Het is volgens Ys nog maar de vraag of dit bij een entiteit past die supranationaal opereert.

De oud-premier vindt het voor de hand liggen om de oprichting, de structuur, de governance en de rechtspersoonlijkheid van deze entiteit in de Rijkswet zelf te regelen. Hierdoor ontstaat er een op maat gesneden entiteit die beter in staat is om binnen de verschillende jurisdicties adequaat te opereren. Het is daarom wenselijk dat de landen ook bijdragen aan de vormgeving van deze entiteit. Net zoals bij het College financieel toezicht en de Kustwacht.

Politieke aansturing

De aansturing van de entiteit is nu zo geregeld dat de minister van Binnenlandse Zaken de toezichthouder is geworden en niet het Koninkrijk.

De entiteit wordt politiek bijna volledig aangestuurd door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties die voor zijn aansturingsbeslissingen in de meeste gevallen geen instemming behoeft van de Rijksministerraad noch van de landen.

Het is dus geen gezamenlijk orgaan zoals in het Statuut wordt beoogd. En dat, schrijft de oud-premier, terwijl de entiteit het hoofdonderwerp is van de voorgenomen consensus rijkswet.

Een dergelijke entiteit hoort – zoals het Statuut beoogt – te worden aangestuurd door de landen en waar dat gewenst is door de Rijksministerraad dan wel door de landen gezamenlijk: in goed overleg met de collega’s in Koninkrijksverband, aldus Ys.

Initiëren en uitvoeren

De projecten die de entiteit kan initiëren en uitvoeren zijn bij rijkswet geregeld, maar op eigen initiatief mag de entiteit ook veel doen. zonder afspraken te maken met of toestemming te krijgen van wie dan ook.

De entiteit kan dus, al dan niet onder aansturing van de minister, bestuursdaden verrichten in een land zonder voorafgaande inspraak door het betrokken land en zonder dat achteraf deze entiteit rekenschap hoeft te geven aan de democratische organen van het land.

Het land is anderzijds wel verplicht om alle medewerking te verlenen aan de entiteit. De vraag is dan ook, als welk soort orgaan treedt de entiteit op in dat land, als bestuursorgaan of als een private instelling? Op deze wijze regeert de entiteit en ook de minister middels aanwijzingen mee in een land zonder dat hij zich zorgen hoeft te maken om de democratische en rechtsstatelijke beginselen.

De slager en zijn vlees

De entiteit is belast met zowel toezicht op als uitvoering van projecten die onder dezelfde noemer vallen. Het behoeft volgens Ys geen betoog dat een instelling niet tegelijkertijd toezicht kan houden en uitvoeringsactiviteiten kan plegen met betrekking tot hetzelfde werkgebied. Die instelling zou ook niet objectief kunnen rapporteren over zijn eigen werkzaamheden.

Ys stelt daarom voor om de bepaling in de concepttekst over het initiëren, bevorderen en uitvoeren van projecten te schrappen en alle projecten die worden uitgevoerd te laten plaatsvinden door de landen zelf al dan niet met ondersteuning van de entiteit.

De landen kunnen ook altijd met de minister afspreken dat een bepaald project, bijvoorbeeld een doorlichting, door een onafhankelijke derde dient plaats te vinden.

Volgende week, deel 2 van de Constructieve bijdrage van Etienne Ys.

—————

Etienne Nestor Ys (1962) is geboren op Curaçao. Hij studeerde rechten aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij in 1985 afstudeerde in fiscaal recht. Ys was van 1994 tot 1995 minister van Financiën van de Nederlandse Antillen. Daarna werd hij gedeputeerde van Curaçao. In 2002 werd Ys premier van de Nederlandse Antillen. Een jaar later werd hij opgevolgd door Mirna Godett, maar in 2004 nam Ys het roer weer over. Het tweede kabinet Ys viel in 2005.

Ys was na de Statenverkiezingen van 2017 informateur, en stond daarmee aan de basis van het kabinet-Rhuggenaath. Later in 2017 volgde zijn aanstelling als voorzitter van de raad van commissarissen van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten.

Instemming

Bij de behandeling van de Rijkswet kunnen de Staten een delegatie sturen naar de Tweede Kamer en kunnen daar ook het woord voeren. Stemrecht hebben ze niet. Ze kunnen nu wel de regering ter verantwoording roepen en proberen het standpunt van de regering met betrekking tot de Rijkswet te beïnvloeden. Een ontwerp consensus rijkswet behoeft overigens de instemming van alle regeringen, anders gaat het niet eens naar de Staten Generaal ter behandeling.


Lees ook:

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven